InToMission

Blog van een volwassen TCK

Door: Maaike van der Toorren. Ik zie net op mijn planning dat ik deze blog morgen ingeleverd moet hebben bij onze communicatie medewerker. Wat een gedachten lopen er ineens door mijn hoofd. Waar moet het over gaan? Wat heb ik nu te zeggen en waarom heb ik deze deadline niet onthouden?

Het vergeten van zo’n deadline heeft natuurlijk te maken met een stukje karakter, tijd, zin en prioriteit. Maar ik ben ervan overtuigd dat mijn levenservaringen die ik buiten Nederland als TCK heb opgedaan daar ook een vormende factor in zijn.

We hebben nu eenmaal georganiseerde en geordende mensen, en mensen die dat wat minder zijn. Ook op het zendingsveld. In een team heb je de verschillende karakters bij elkaar nodig en mogen ze allemaal bestaan. Binnen een gezin ook. Het ene kind organiseert zijn of haar boekenkast op kleur terwijl de ander meer boeken buiten de kast heeft liggen dan in de kast. Met een echtpaar is de een op de hoogte van alle afspraken en verzekeringsgegevens en de andere helemaal niet. Dat kunnen we accepteren, en we bevestigen elkaar erin.

Had ik de tijd kunnen maken om deze blog eerder te schrijven, vast en zeker! Maar dan komt het stukje zin/ prioriteit om de hoek kijken. Ik vond het blijkbaar belangrijker om andere werkzaamheden eerst te doen. Waarom?? Geen idee! Ik had in de avonduren wat kunnen doen, maar ik vind tijd met de kinderen doorbrengen belangrijker dan een blog schrijven. Met andere woorden, ik had de tijd ervoor maar heb besloten dat het een klusje voor later was.

Waarom worden het klusjes voor later?

Een van de redenen voor mij is dat ik me echt afvraag of mensen nou op mijn verhaal zitten te wachten. Op dit moment komt mijn ervaring als TCK om de hoek kijken. Ik was interessant en bijzonder als leeftijdsgenoten hoorden dat ik een zendingskind was. Ze wilden wel een spannend verhaal horen over wat er allemaal gebeurde in mijn leven. Dan kon ik best een paar bijzondere verhalen vertellen, zoals over slangen in huis, hoe het is om een miereneter te eten en ik kon in drie talen spreken. Maar dat was dan ook alles waar ze tijd voor hadden. Dat ik daarnaast een gewoon persoon was maakte het ineens een stuk vervelender om naar mijn verhaal te luisteren. Ik heb hierdoor geleerd dat alleen mijn spannende verhalen er toe doen, maar niet mijn persoonlijke verhaal.

Ze zouden ook eigenlijk niet begrepen hebben hoe het is om thuisonderwijs te krijgen, of om juist op een boarding school te zitten. Ze zouden ook niet begrijpen hoe het is om als kind met lijden van andere kinderen om te gaan. Ze zouden ook echt niet begrijpen hoe het is om twee dagen lang geen stroom te hebben of om elke dag water te moeten filteren, en om nooit ergens zonder volwassene heen te kunnen gaan omdat het gevaarlijk is. Dat kan ik nu als volwassene wel zien en ook relativeren.

Ik merk alleen vaak bij missionkids die nu op het veld zitten dat het nog steeds bestaat. Ze hebben weinig mensen aan wie ze echt hun hele verhaal kunnen vertellen.

Een van de redenen is omdat mensen die nooit in het buitenland gewoond hebben het echt niet kunnen begrijpen. Ze proberen het wel, maar het lukt gewoon niet.

Een andere reden is dat als we eenmaal beginnen, we niet in een kwartiertje klaar zijn, dat zijn weken aan verhalen die we hebben. En dat vind de gemiddelde Nederlander dan niet meer interessant.

De derde reden is dat missionkids op een dieper niveau communiceren en daardoor soms echt de plank misslaan wat betreft interpretatie van vragen en interesse van een ‘gewone’ Nederlander.

Is het onmogelijk om ons verhaal als missionkids kwijt te kunnen? Nee! We moeten soms even zoeken, maar er zijn zeker mensen bij wie het wel kan. Mensen die ook in het buitenland gewoond hebben, leeftijdsgenoten die in het zelfde schuitje zitten en zeker ook een ‘gewone’ Nederlander die echt luistert.

En wat is dan het belangrijkste? Zie het zendingskind als mens, en niet als zendingskind. Zet ons niet op een voetstuk of in een glazen kastje. We zoeken verbinding en willen dat je naast ons komt staan. Ik heb mensen gehad die mijn verhaal wilden horen en die me echt zagen staan. Daardoor ben ik meer om mijn plek in Nederland, en weet ik wie ik ben.

Helaas ga ik er alleen nog niet beter van plannen.